Veerleplein

St.-Pharaïlde of St.-Veerle is de patrones of beschermheilige van Gent. Zij draagt de zachtheid en de goedheid in haar hart.

Drie verhalen typeren Veerle van Gent :

  • Gent-PharaïldeZe werd door haar vader uitgehuwelijkt aan ene Guido, een wreed en jaloers man. Veerle zweerde echter bij haar maagdelijkheid en had zich aan God toevertrouwd waarbij zij elke nacht in de kerk bidden ging. Ondanks Guido’s vele woedeuitbarstingen bleef ze wel zorg dragen voor hem. Bij zijn dood was ze nog steeds maagd vasthoudend aan haar verheerlijking in God.
  • Gent-PharaïldePharaïldis was een groot dierenliefhebber en schonk er dan ook de nodige aandacht aan. Toen zij op een morgen de resten terugvond van een gans die zij reeds een hele poos voederde was haar verdriet groot. Zij raapte de pluimen op en de botjes, opende haar beide handen en de gans kwam weer tot leven. Deze gans wordt dikwijls met Pharaïldis afgebeeld.
  • Gent-PharaïldeOp een bepaald ogenblik zag Pharaïldis zich verplicht bij een vermogend persoon aan te kloppen voor een stukje brood. Deze wist haar echter te vertellen dat er geen brood in huis was. “Mocht er ergens brood in mijn woning zijn moge god het direct veranderen in steen”. En zo geschiedde het ook. Al het brood veranderde in steen.
Capture d’écran (6417)

Het Veerleplein kent een unieke ligging tussen het Gravensteen, de Vismijn en het Patershol.

Na de inval van de Noormannen in 879-883 vestigde graaf Boudewijn II eind 9e eeuw hier een castrum (Romeins legerkamp) op de linkeroever van de Leie in de buurt van het Gravensteen. Rond dit castrum begonnen mensen zich te groeperen en huisvesten en zo kwam een tweede portus (nederzetting) tot ontwikkeling.

Aan het nr. 9 stichtte Willem Wenemaers met zijn vrouw Margaretha Sbrunen in 1323 hier het Wenemaershospitaal, ook wel het Sint-Laureinshospitaal genoemd. Hij was een voornaam en rijk lakenkoopman die tussen 1312 en 1315 schepen en in 1318 voorschepen (burgemeester) was in Gent. Zijn woonplaats situeerde zich tegenover het Gravensteen.

Na inspectie door dokter Moyson in 1867 voldeed het gebouw niet meer aan de normen van die tijd. Ook de onaangename geur die je hier aantrof  tijdens de vismarkt en van de waterloop de Lieve met direct gevaar voor de gezondheid van de bevolking deed het stadsbestuur besluiten het gebouw te slopen. Zo kwam er plaats vrij voor de oprichting van een overdekte Vismarkt.

Dit plein maakte deel uit van het grafelijk voorhof. Hier stonden gebouwen van de grafelijke residentie zoals scholen, een hallegebouw en de St.-Veerlekerk. Deze aan St.-Pharaïldis toegewijde kerk, in 885 gesticht door graaf Baudewijn de Kale als hofkapel voor het grafelijke gevolg, werd in 1174 hersteld na een brand en in 1216 opnieuw opgebouwd.

Capture d’écran (6418)

De kerk met het kapittelhuis werden door de Calvinisten in 1579 gesloten en geplunderd. In 1581 wordt het door de schepenen  aan Jan Serlippens verkocht , met last er negen huizen op te bouwen.

Nadat het kapittel in 1614 naar de St.-Niklaaskerk werd overgebracht deed de Veerlekerk nog enige tijd dienst als parochiekapel om vervolgens in verval te raken. In 1736 werd met de afbraak begonnen en werden er huizen gebouwd op de vrijgekomen ruimte.

Bij opgravingswerken zijn een 50-tal skeletten van kinderen en volwassenen teruggevonden, begraven op het kerkhof naast de parochiekerk van St.-Veerle.

GentVeerlepleindrukkerijdeKeyzerIgnaceVanderKelenFb

Tussen de 15e en 18e eeuw hadden op dit plein vele terechtstellingen plaats, vanop het Gravensteen aanschouwd door de graaf met zijn schepenen. Zo werden valsemunters in de kokende olie “gedompeld”.

Deze plaats werd door de Franse revolutionairen Place d’Epicure genoemd naar Epicurus, de Romeinse filosoof van levensgenietingen. De link lag met de vele eetzaken aan het plein en de plaatselijke kermis met smulpartijen. Tot 1897 was er een jaarlijkse foor.

Vanaf eind 18e eeuw tot begin 20e eeuw vond hier de groentenmarkt plaats.

Voor de wereldtentoonstelling van 1913 wou het stadsbestuur van Gent verschillende gevels van de Burgstraat overbrengen om over een plein te kunnen beschikken dat kon wedijveren met de Grote Markt te Brussel. Het “Leeuwke” uit 1926 herinnert ons aan deze Expo. Dit monument is een schenking van de Vrienden van Oud-Gent.

De juiste naam is door weinigen gekend nl. de zuil van Sire van Maldegem.

De leeuw rust op een granieten zuil met in zijn voorpoten een banier met het wapen van Vlaanderen. Het is een reconstructie naar één van de vier zuilen waar eertijds de Groentenmarkt als executieplein werd afgebakend.

De visverkopers verhuisden in 1689 van de Groentenmarkt naar de Vismarkt aan het Veerleplein.

De Vismijn, met barokke toegangspoort Neptunus (zee) ondersteunend geflankeerd door man (Schelde) en vrouw (Leie), heerst over het Veerleplein.

Voor de vismijn stond een klein kapelletje, een roephuisje om de 2e- en 3e rangvis te verkopen. In de vismijn zelf mocht enkel de beste vis verkocht worden, net zoals in het Groot Vleeshuis enkel het beste vlees mocht verkocht worden.

In 1963 werd er de laatste vis verkocht. Nu is er horeca in ondergebracht, is de toeristische dienst er actief, zijn er 2 multifunctionele zalen en een jaagpad met voetgangersbrugje.

Het plein is nog steeds een lust voor het oog en een waardevolle, toeristische trekpleister.

———-

Bron : https://www.midlandspubs.co.uk/

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.