Oude Schelde

Ook wel Oud Scheldeke of Scheldeken genoemd.

Deze Scheldearm was één van de belangrijkste waterlopen in Gent. De loop van de Oude Schelde vormde de grens tussen Rijks-vlaanderen (Duitse Rijk) en Kroon-Vlaanderen (Franse Rijk). Deze was gebaseerd op de scheiding van de oude bisdomgrens die op haar beurt haar oorsprong kende in de grens tussen de Nerviërs en de Gallo-Romeinse Menapiërs.

Zo vormde de Oude Schelde eveneens de scheiding tussen het rechtsterritorium van de St.-Pietersabdij met de stad.

Via de Muinkschelde liep deze waterweg doorheen de Oudescheldestraat. Op het einde van deze straat vertakte de Oude Schelde oostwaarts in de Schepenenvijver (Capucijnenvaardeken) om via de St.-Kristoffelstraat aan de Koepoortkaai in de Nederschelde te vloeien.
Zuidwaarts liep het traject achter de huidige Frère-Orbanlaan, kruiste het Zuidpark om via de Tentoonstellingslaan richting ter Platen in de Schelde uit te komen. Een  aftakking aan de Vijfwindgaten zorgde voor de verbinding met de Nederschelde.

In 1367 is er een eerste geschreven bron waarbij de Oude Schelde wordt beschreven als “de Houde Scelde”.

Bij de aanleg van de spoorweg in de Muinkmeersen in 1836 verdween reeds een gedeelte van de Oude Schelde. Toen in 1862-1863 de Frère-Orbanlaan werd aangelegd is een ander deel van de Oude Schelde overwelfd.

Over de Oude Schelde lag in de omgeving van de Muinkbrug een stenen boogbrugje dd.1675. Het was het Oude Scheldebrugsken dat verdween  bij de aanleg van de “Ter Platenbrug” in 1880. Toen werd ook het traject van Ter Platen tot stroomafwaarts het brugje onder de St.-Lievensboulevard overwelfd.

In 1884 was het de beurt aan de verbinding met de Schelde aan de Kuiperskaai (Oude Scheldestraat). Aan de Tentoonstellingslaan verdween tenslotte in 1913 één der laatste stukken van het Oud Scheldeken. Pas in 1936, 100 jaar na aanvang van de overdekking van het Oud Scheldeke, was het gehele traject in riolen verlegd.

—————

Bron:

Een Hollands Soldaat Penseelt Gent – René De Herdt

Ghendtsche Tydinghen 1983

Ghendtsche Tydinghen 1984

Ghendtsche Tydinghen 1987

Gent’s vroegste geschiedenis – Maurits Gysseling