De wereld van Kina

Kina: Kind en natuur

De wereld van Kina huis: Sint-Pietersplein 14 – 9000 Gent

kinahuis@stad.gent – Tel.: 09 323 62 50

De wereld van Kina tuin: Berouw 55 – 9000 Gent

kinatuin@stad.gent – Tel.: 09 225 05 42

Kina’s wereld is een interactief museum in het hartje van Gent, bij de Sint-Pietersabdij en de Boekentoren. Vlakbij kun je tot rust komen in de boomgaard, met zicht op de Leie. Het is de perfecte uitstap voor jonge nieuwsgierigaards die graag hun handen vuil maken én op een leuke, lichte manier willen bijleren.

Bij de opening in 1924 was het motto zeer duidelijk: kinderen geïnteresseerd maken in natuurwetenschappen. Dat is ook wat je kunt ontdekken in de Wereld van Kina, het vroegere Schoolmuseum. Vandaag heet het Kina, kort voor Kinderen en Natuur. Het museum laat je bijleren over alles wat met de natuur te maken heeft: van fossielen en schelpen tot vogels, koralen en onze eigen voorouders.

Waar van 1970 tot 2003 het Schoolmuseum Michel Thiery was gevestigd zit nu “De wereld van Kina: het Huis”. Dit “huis” mag niet worden verward met “De wereld van Kina: de Tuin” dat gevestigd is in een oude school in het Berouw en dat over 1500 planten beschikt. Op die plaats richtte Leo Michel Thiery in 1924 zijn schoolmuseum op dat in 1970 werd overgebracht naar een zijvleugel van de Sint-Pietersabdij. Het oorspronkelijke museum in het Berouw werd in 1983 gerenoveerd. Dit gedeelte kreeg in 2003 de naam “De wereld van Kina: de Tuin”.

De wereld van Kina: het Huis is een natuurmuseum voor kinderen en jongeren. In de prachtige zijvleugel van de Sint-Pietersabdij tonen fossielen je hoe het leven op aarde zich ontwikkeld heeft, van de vroegste oertijden tot vandaag. In andere zalen komen de ongewervelden, de biologie van de mens en de inheemse vogels aan bod. Verschillende soorten speurtochten leiden je doorheen het museum… Een museum met een uniek fossiel van een prehistorisch reptiel, een prachtige dioramazaal met inheemse vogels en een maquette van het Gent van 450 jaar geleden, met klank-en lichtspel. Het huis is een museum waar u en uw kinderen van de ene verrassing in de andere vallen.

Het andere deel, de Tuin van Kina, neemt je mee doorheen de wondere wereld van Moeder Natuur. In het herbarium vind je de boomsoorten van A tot Z, struiken, bloemen, kruiden en nog veel meer. Heb je groene vingers en wil je zelf aan het werk? Ideaal! Dan leer je hoe je zelf moet zaaien, stekken en enten in de serre. Je leert hoe je planten vermeerdert, maar ontdekt ook het hebben en houden van allerlei tropische planten in het warme gedeelte.

Historie

Leo-Michel Thiery werd op 12 november 1877 te Gent geboren. Zijn vader was meubelmaker en had 7 kinderen. Leo-Michel bezocht achtereenvolgens de lagere gemeenteschool van het Begijnhof, de school voor Lager Middelbaar Onderwijs van de Onderstraat en de Rijksnormaalschool, die hij in 1896 verliet als eerste van zijn promotie. Hij was eerst waarnemende leerkracht in de school Onderstraat en werd in 1899 benoemd tot onderwijzer aan de gemeenteschool Geitestraat.

Op voorstel van Prof. J. Mac Leod was hij in 1902 lid geworden van het natuurwetenschappelijk genootschap “Dodonaea”, waar hij aktief bleef tot in 1926. Als gevolg van de vernederlandsing van de Hogeschool was er een overgang van Franstalig naar het nederlandstalig stelsel. In 1905 begon hij aan de uitwerking van een nieuwe onderwijsmethode waarvan de zichtbare tekens o.a. bloeiende planten en zoetwatergedierte in de klas en een kleine tuin en vijver op de speelplaats van de school waren. Aldaar werd ook de eerste kinderbibliotheek van België ingericht.

Op 7 maart 1922 bood de heer beheerder-opziener van de Gentse Universiteit per brief de overname aan van een deel van de verzameling voor het onderwijs in dierkunde van de Universiteit aan het Stadsbestuur van Gent. Onder het impuls van schepen D’Asseler werd er in de gemeenteraadszitting van 16 oktober 1922 beraadslaagd over deze overname om ze samen met het verzamelde materiaal uit de Geitestraat als een schoolmuseum te laten inrichten. Een andere belangrijke schenking was de molluskenverzameling van Prof. J. Mac Leod.

In de gemeenteraadszitting van 26 februari 1923 werd de verordening voor het “Schoolmuseum” goedgekeurd. De gewezen lokalen van de “Beroepsschool van het Boek” aan het Berouw, in de volksmond ” t stroatje van Bereiw”, werden ter beschikking gesteld. De heer Leo-Michel Thiery werd aangesteld als conservator vanaf het schooljaar 1923-1924. In de gemeenteraadszitting van 6 augustus 1923 werden de eerste leden van de Commissie van het Schoolmuseum benoemd. In 1925 werden de ingang en de poortierswoning gebouwd.

De heer Thiery zelf had een voorkeur voor prehistorie en geologie. Als wetenschappelijk publicist schreef hij verschillende werken in de populair-wetenschappelijke richting. Sommige van zijn werken werden als prijsboek door de Stad Gent uitgegeven. Als conservator hield Thiery de zondagen vo.ordrachten, die een talrijk publiek lokten.

Op 1 september 1943 werd Leo-Michel Thiery op rust gesteld en kreeg het museum de benaming van Stedelijk Schoolmuseum “Michel Thiery”. Vanaf die datum werden kinderen onder de 16 jaar welke niet vergezeld waren niet meer toegelaten. Michel Thiery, zoals men hem gewoonlijk noemde, had in twintig jaar tijd een enig bestaand schoolmuseum geschapen waarvan de eigenaardigheid erin bestond dat het volledig ten dienste stond van de scholen. De onderwijzer of onderwijzeres kwam met zijn of haar leerlingen ter plaatse les geven en gebruikte daarbij het materiaal van het museum zelf!

Thiery was een groot werker, een onvermoeibaar pionier voor een degelijk biologisch onderwijs in de Gentse scholen, de oprichter van het Stedelijk Schoolmuseum, de schrijver van vele uitstekende populair-wetenschappelijke werken, een groot bewonderaar van de natuur, een mededeelzame vorser, die allen van zijn brede kennis wilde laten genieten.

Hij schreef niet alleen natuur-wetenschappelijke werken, hij behandelde eveneens het verleden van Gent, met name in het boek “Populaire Beschrijving van de Grond waarop de Stad Gent is gebouwd”. Zelfs een voor kinderen geschreven romannetje zette hij op zijn naam : “Arrem en Helinde”, een boeiend verhaal dat zich afspeelt in de Noormannentijd.

Hij overleed te Gent op 3 augustus 1950. Als groot bewonderaar van Tolstoï had hij zijn leven ingericht naar diens voorbeeld. Het schoolmuseum aan het Berouw werd in 1962 gesloten wegens de slechte toestand van de gebouwen. Een nieuw schoolmuseum werd op 29 mei 1970 officieel opengesteld in de gewezen Sint-Pietersabdij.

Indeling van de zalen:

V. Willero-zaal Dierkunde : Zoogdieren, Vogels en Vissen

A. Dumont-zaal Aardkunde en Delfstofkunde

H. Fabre-zaal Insectenleer

K. Van Hulthem-zaal Plantkunde. Voordrachtzaal

J. & F. Plateau-zaal Dierkunde (vanaf Batrachiërs en Kruipdieren tot de Protozoa), Anato-mie van de Mens, Kinderverzorging, Warenkennis en Huishoudkunde, Volkenkunde, Physica.

Mercator-zaal Locale, Nationale en Universele Aardrijkskunde

H. Pirenne-zaal Beschavingsgeschiedenis

Koloniaal museum Congo, onze Kolonie

J. Mac Leod-zalen Schelpenverzamelingen van wijlen Prof. Dr. J. Mac Leod en van wijlen Mevr. L. Masquelie

Tussen verschillende beeldhouwwerken kon je het borstbeeld van Carolus Linnaeus aantreffen, de bloemenkoning. Carl Linnaeus werd op 13 mei 1707 te Rashult in Zweden geboren als oudste zoon van een hulppredikant. Zijn vader werd predikant te Stenbrohult waar Carl.zijn jeugd doorbracht. Niettegenstaande men hem voorbestemd had om predikant te worden, kon hij toch zijn wil doordrijven om de natuurwetenschappen te bestuderen. Hij volgde school te Växjö, Universiteit te Lund en te Uppsala, waar hij spoedig aangesteld werd als plaatsvervangend demonstrator van de Botanische tuin.

Hij deed een ontdekkingsreis naar Lapland en studiereizen door de Zweedse provincies. Later reisde hij nog naar Engeland, Frankrijk, Oland, Gotland, West-Götaland en Schonen. Te Harderwijk in Nederland promoveerde hij tot doctor in de medecijnen in 1735 en gaf er zijn eerste en bijzonderste werk uit : ‘Systema naturae’ dat hem wereldberoemd maakte. Het bevat een geheel nieuwe systematische indeling van de planten in 24 klassen volgens het aantal meeldraden van de bloemen. Hij gaf iedere plant 2 latijnse namen : een geslachtsnaam (volgens de geslachtskenmerken) en een soortnaam (naar de hoedanigheid). Later volgden nog vele geschriften.

Alhoewel hij zeer belezen was steunde zijn wetenschap volledig op de waarneming van mensen, dieren en planten. Heel zijn leven was één gelukzlige opgang in de natuurwetenschappen evenals in aanzien. Hij besteeg de ladder als : doctor-professor (te Uppsala), archiater, ridder en edelman (Von Linné).

Hij overleed in zijn buitengoed te Hammarby op 10 januari 1778.

Suzanne Janssens

——————–

Bronnen:

http://www.boeiendbelgie.be

http://www.stad.gent/nl

http://www.whichmuseum.com

Ghendtsche Tydinghen 1975 – Vol4 N°1

Ghendtsche Tydinghen 1983 – Vol12 N°3