Keizer Karelstraat

De grootscheepse 19-eeuwse urbanisatie van Overschelde, wat ondermeer tot doel had een vlotte verbinding te maken tussen het stadscentrum en het nieuwe Zuidstation (1937), met de aanleg van de spoorlijn Gent-Brussel, leidde tot het slopen van verscheidene oudere vervallen beluiken. Vele straatjes en stegen werden met de grond gelijk gemaakt.

De Keizer Karelstraat (1837-1843) voltrok zich door boomgaarden en stadstuinen, in een gebied gekend als de “krommen Hesschen”. Geleidelijk aan verrezen er grote herenwoningen aan weerszijden van deze “Boulevard de Gand”, die op zijn parcours meerdere straten doorsneed. Door de hoogbouw werd zo een armoedige buurt tussen het nog aan te leggen Julius de Vigneplein en het St.-Annaplein aan het zicht onttrokken.

Het Zollikoffer-De Vigneplan zou in een later stadium van de 19e eeuw voor een algehele transformatie van de omgeving zorgen. Het Oud Scheldeken en de Schepenenvijver zouden hierbij meedogenloos aan hun functie onttrokken worden. Waar aanvankelijk de werken tot aan de Brabantdam voorzien waren, is in die mate van het oorspronkelijke gedacht afgeweken dat de overwelving van de Reep en de heraanleg van deze omgeving eveneens in het orderboek werden opgenomen.

Bron:

Ghentsche Tydinghen 15 juli 1975- 4e jaargang nr. 4