Meerseniersstraat

Het straatje is gelegen tussen de Vrijdagmarkt en de Zuivelbrug. Over de brug vervolgt dit straatje zijn weg naar het Oudburg en het Patershol. Enkele gebouwen daterend 17e eeuw sieren deze “steeg” en overleefden de tand des tijds.

De meerseniers in Gent hadden in de middeleeuwen het monopolie op de kleinhandel van gebruiksvoorwerpen. Eens was hier hun “Gildehuis van Meerseniers- of koopmannen” gevestigd. Vanaf de 15de eeuw werden ze in 5 afdelingen ingedeeld. Dat waren :

– de verkopers van de waskaarsen
– de verkopers van de stallichten
– de messenmakers
– de schedenmakers
– de marktkramers van de Korenmarkt en de Vrijdagsmarkt

In het middelnederlands bestond het woord ‘mercenier’ echter ook in de betekenis van ‘huurling’. In de context van handel en nijverheid wordt dit dan het beste vertaald naar ‘dagloner’ of ‘daggelder’. Arbeiders dus, vooral actief in de land- en tuinbouw, die een vergoeding kregen per dag gewerkt.

Het tweede gebouw aan de Zuivelbrug, genaamd “De Lelie”, vormde hoogstwaarschijnlijk een eenheid met het hoekhuis waarvan de vroegste vermeldingen teruggaan naar de 14e eeuw. Toen in de hoedanigheid van brouwerij. Omstreeks 1677 was hier een bloempelderij met rosmolen (ros=paard) gevestigd. In 1847 voegde domenicus Goethals er nog een activiteit aan toe nl. het malen van het graan. In 2007 eindigde alle graanactiviteiten en verkreeg het meerdere bestemmingen waaronder een museum.

De bewaard gebleven brouwersinsignes op de gevelsteen zijn samen met deze van “de Drie Sleutels” aan de Grauwpoort de oudste bewaard gebleven brouwersinsignes in Gent, reeds vermeld in het gildeboek van de “pijnders” (lastdragers) dd. 1494.

Sinds 2005 is het gebouw geklasseerd als monument omwille zijn industrieel-archeologische waarde.

———-

Bronnen:

https://oilsjtgoistad.blogspot.com/

Ghendtsche Tydinghen 2016 – Jg45 N°6

https://inventaris.onroerenderfgoed.be/