Grote Sikkel

De Sikkelstenen behoren tot de belangrijkste middeleeuwse patriciërshuizen van de stad, genoemd naar de familie van der Sickelen die hier tijdens de 14de eeuw gehuisvest was. Deze familie ontleende haar naam aan het bekende landbouwwerktuig, eveneens opgenomen in het familiewapen. Zij bezaten zowel het grote ensemble op de hoek van de Hoogpoort en de Biezekapelstraat als het steen uit de 13de eeuw ernaast op de hoek van de Nederpolder, z.g. “de Kleine Sikkel”.

Door een erfeniskwestie werd het Steen in 1531 verdeeld in de Grote Sikkel (Hoogpoort) en de Achtersikkel (Biezekapelstraat). Die laatste werd in 1573 door de abdij van Ename als refuge gebruikt. Vandaar dat eertijds de naam Toevluchtstraat werd gebruikt voor de verbinding tussen Nederpolder en Regnessestraat.

Dit complex omvat drie middeleeuwse “Stenen”, samen met de Kleine Sikkel en de Achtersikkel, die toebehoorden aan de familie vander Sickelen. Het is gelegen aan de Hoogpoort in het verlengde van opeenvolgend het Sint-Jorishof, de Zwarte Moor en de Grote Moor.

Het gebouw op de hoek met de Biezekapelstraat is opgetrokken in Doornikse steen. Opmerkelijk is de kelder in baksteen daar het de gewoonte was voor die tijd voorgevel en kelder in hetzelfde materiaal op te trekken.

Het naastgelegen gebouw bestaat uit een kelder dat samen met de voorgevel is opgetrokken in Doornikse steen. Daarachter liggen 2 boven elkaar gelegen kelders waar een bakstenen gebouw werd opgetrokken dat later bekendheid kreeg als deel van de Achtersikkel.

Naast de twee trapgevels staat een langwerpig gebouw omschreven als de “nieuwe zale” of de  “eetzael”. Zijn huidige gevel met rondboogpoort verkreeg het waarschijnlijk omstreeks eind 14e eeuw.

Op de foto omstreeks 1908 zien we de Hoogpoort met op de hoek het St.-Jorishof. Vervolgens de Zwarte Moor, De Grote Moor en de Grote Sikkel. 

14 September 1831: Dood van Graaf Chrétien de Thiennes op zijn kasteel in Anzegem. Hij was één van de eerste 7 leden van de in 1823 gestichte “Commissie van Monumenten en Stadsgezichten”. Hij werd geboren in 1758. In 1776 had hij de Grote Sikkel aangekocht, maar bij de inval der Fransen vluchtte hij in 1794 naar Nederland. Zijn bezittingen werden aangeslagen en de Sikkel werd een munitiedepot.

———-

Bron:

Ghendtsche Tydinghen 2008 – Vol 37 N°1

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.