Vlasmarkt

De Vlasmarkt ligt tussen het St.-Jacobs en de St.-Jacobsnieuwstraat. Het is een verwijzing naar de wekelijkse vlasmarkt die hier werd gehouden. Het vlas was de voornaamste basismaterie van het wereldberoemde Vlaamse lijnwaad.

Een eerste vermelding gaat terug tot 1313 wanneer er gesproken werd over “van der Veemarct”.

In het boek “Aardrijks-geschiedenis, beschrijving der Stad Gent voor de jeugd” uit 1834 wordt de Vlasmarkt omschreven als “De Oude Vlasmarkt”, waar naast vlas er ’s vrijdags klederen en allerlei andere waren verkocht werden.

De oudst bekende plaats voor de verkoop van vee, we spreken 16e eeuw, was gelegen aan het oosteinde van de toenmalige Koningstraat – de huidige Vlasmarkt – en langsheen de huizen van het verdwenen St.-Jacobskerkhof “tot aen ’t Crochtjen”.

Het plein kreeg in de loop der jaren benamingen als Oude Veemarkt, Garenmarkt of Peerdemarkt. In 1796 spreekt Goethals een eerste maal over de Vlasmarkt en in 1799 zal L. De Vreese het als Marché au Lin beschrijven.

De huidige Vlasmarkt heeft door de bestrating veel van haar historische karakter verloren. Ze is getransformeerd tot een uitgaansbuurt met gezellige cafeetjes waarbij de “Charlatan” nu al is bijgeschreven in de geschiedenisboeken van Gent als place to be wat betreft muziekoptredens en dance.