Engelandgat

Zoals het kroniekje van Alfons Van Werveke het Ingelandgat beschreef in het dagblad “Vooruit” dd. 23.10.1921:

Rue d’Angleterre. Zo luidt de officiële vertaling van 1812 van Engelandstraat, die het volk nooit anders geheeten heeft dan Ingelandgat.

Goethals, in 1796, had het woord vertaald door Cul de sac d’Angleterre. De Vreese (1799-1800) schreef Trou d’Angleterre, en de zotte herdopers van de Franse Republiek verklaarden 8 april 1799 dat “la rue des Anglais (Engelandgat) sera nommée “rue de la Démocratie”.

Capture d’écran (1120)

Merken we eerst en vooral op dat er in Gent 2 plaatsen waren die Ingeland heeten : de straat nog heden als dusdanig bekend en de Coupuregang.

Het woord “Ingelandgat”, dat men nog in zijn oorspronkelijken vorm ontmoet in geschriften van de XVIIIe eeuw, heeft niets te maken met Engeland. Het Ingelandgat heeft met vee drijven te maken. Het eerste lid van de naam is afgeleid van het Germaanse ‘angi’: weide. De straat ligt waar er oorspronkelijk een ‘gat’ was waarlangs het vee van de stedelingen in het afgesloten weideland kon geleid worden. Dus eigenaar van een gedeelte polder, van een grond door een dijk en een gracht omringd. ’t Is zonder twijfel een gelijkaardigen zin, dien men aan onze twee “Ingelanden” moet geven : wijk omringd door een vestingmuur of een dijk en water.

Hier moet wel aan toegevoegd worden dat de term ‘gat’ in Gent, op enkele uitzonderingen na, op een bruggewelf duidde. Een ‘gat’ of doorgang, niet boven maar onder een brug dus. Denk aan de Vijfwindgaten

Het Ingeland buiten de oude vestingen werd van het andere onderscheiden door de bijvoeging ten Trappen. Door Ingeland bedoelde men in den beginne heel den wijk tusschen Leie en Houtleie : aldus spreekt men in 1360 van “de goede lieden van de wijk in “Ingeland”, en in 1457 wordt “Ingeland” vermeld onder de 23 wijken der Gentsche wevers.

Ten jare 1321 brak men “een gat” door den muur tusschen Posterne- en Torenpoort, ten einde er een trap aan te leggen om de geburen toe te laten gemakkelijker de schepen te lossen en te laden. Die trap werd vernieuwd in 1478 en Marcus van Vaernewijck vertelt, dat hij in 1564 de oude muren heeft zien afbreken, waar in de trap was geleid, om de bouwstoffen te gebruiken voor den bouw der nieuwe haven van Gent aan den zeedijk te Sas van Gent. De trap die de plaats van het oude gat aanduidde, was gebleven en is slechts verdwenen als de Houtlei werd opgevuld. Ze lag voor het oud Poortakker.

Eerst de wijk en nadien de straat droegen den naam Ingeland lang nog nadat het gat in de vestingmuur was gemaakt. Omstreeks 1384 begon men de plaats “Ingelandgat” te heeten, en die naam werd weldra algemeen. Hij zou moeten vertaald worden door “Trou de l’Enclave”.

In een sage komt het Engelandgat ter sprake:

Door handelspolemieken belegerden Frankrijk en Engeland in 965 Gent, toen onder het bewind van graaf Arnoldis. Beide landen stuurden twee schildknapen naar de stedehouder Diederik Van Beveren met de eis zich over te geven. Deze boodschap werd door de wachters der poorten naar het stadhuis gebracht, alwaar de schepenen met de dekens van ambachten en neringen samen met Diederik, de ruwaart van Vlaanderen, verenigd zaten. Na overleg werd besloten zich tot het uiterste te verdedigen.

De Engelse schildknaap repliceerde dat indien zijn koning niet de gelegenheid zou krijgen met eigen hand koren te zaaien op een plaats waar nu de Vrijdagsmarkt zich situeert, de stad totaal zou vernield worden.

462

Diederik bleef het Gentse standpunt trouw en vreesde de bedreiging en de macht niet. Meer nog,  de stadspoorten zouden nooit voor deze koningen opengaan. Na een laatste verzoek door de Engelse koning om op de Vrijdagsmarkt graankorrels te mogen zaaien, werd geantwoord dat zijn verzoek enkel kon ingewilligd worden door hem binnen te laten via een opening in de stadsvesting. Het voorstel werd goedgekeurd en tussen de Posteernepoort en de Torrepoort werd er een gat in de stadsommuring gemaakt. Zodoende kon de koning van Engeland Gent binnenkomen en koren zaaien.

De straat waardoor hij binnentrok kreeg de naam Engelandgat (nu Ingelandgat). Waar tijdens het beleg  gevochten werd tussen de Houtlei en het Casinoplein kreeg de naam “Slagveld”.

Marcus van Vaernewyck plaatste dit verhaal in onze vaderlandse geschiedenis, wat door Sanderus werd aanvaard doch is er geen geloofwaardige verklaring op welke schrijvers dit vertelsel steunt.

——————–

Bronnen:

Vertel eens … Gentse sagen  –  Naar Prudens Van Duyse (1804-1859)

Ghendtsche Tydinghen juli-augustus 2004 – 33e jaargang nr.4

Ghendtche Tydinghen – 45e jaargang nr.6

Ghendtsche Tydinghen –  15 maart 1992 -21e jaargang nr. 4

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.