Vlaanderenstraat

Deze statige winkelstraat zorgt voor een directe aansluiting van de Zuid met de Gentse binnenstad. Ze is dan ook in dat opzicht aangelegd i.v.m. het “Zollikofer-De Vigneplan” dd. 1883 betreffende de bereikbaarheid van de binnenstad met het in 1930 verdwenen Zuidstation.

In het begin van de 19e eeuw werden de moerassige Muinkmeersen drooggelegd. De bouw van het station aan het Graaf van Vlaanderenplein (1837) bracht dit gebied tot leven. Er ontbrak echter een vlotte verbinding van het station met de oude binnenstad. In 1841 werden de plannen voor de aanleg van enkele verbindingsstraten goedgekeurd. De Zuidstationstraat, de Keizer Karelstraat (met Sint-Jacobsparochie), de Marcelisbrug en de Lammerstraat (met Sint-Pietersparochie). Deze straten werden afgezoomd met statige burgerhuizen en hotels.

In de jaren ’70 van de 19e eeuw was het Zuidkwartier gelegen tussen de Nederschelde, de Zuidstationstraat en de Brabantdam één van de ongezondste arbeiderskwartieren van de stad. De belangrijkste werkgever van die arbeiders was de katoenfabriek F. Lousbergs aan de Reep. De wijk werd bewoond door meer dan 3.000 textielarbeiders en telde niet minder dan 20 beluiken met huisjes van rond de 22 m2oppervlakte. Gebrek aan ruimte, lucht en licht. De Brabantdam was met haar 10 meter breedte de enige straat die de wijk van licht en lucht voorzag. Bovendien polueerden de Nederschelde en de Oude Schelde de wijk nog meer.

In 1880 legden architekt Edmond de Vigne en ingenieur Edouard Zollikofer hun plannen voor aan het stadsbestuur. Het Zollikofer-De Vigneplan voorzag het aanleggen van een grote centrale as, de Vlaanderenstraat, van het Graaf van Vlaanderenplein tot aan de Nederschelde, met in het midden een rond punt, het Hippolyte Lippensplein. Op het einde van de Vlaanderenstraat, waar zij de Nederschelde kruist (het huidige Lieven Bauwensplein), splitst de as zich in twee straten: de Henegouwenstraat en de Limburgstraat. De Nederschelde zou overwelfd worden tot aan de Brabantdam, het François Laurentplein. In 1883 werd het plan goedgekeurd en konden de werken worden aangevat. Er dienden 555 onteigeningen te gebeuren en 4.037 m2 straatoppervlak diende door 14.066 m2 nieuw oppervlak te worden vervangen. De werken werden toevertrouwd aan de Compagnie Immobilière de Belgique,een dochtermaatschappij van de Société Générale. De werken vonden plaats van 1883 tot 1889. De straatbedding van de Vlaanderenstraat en de Kuiperskaai werd getrokken en de Nederschelde overwelfd. Ook de Limburgstraat en de Henegouwenstraat werden aangelegd en het standbeeld van Lieven Bauwens weerd ingehuldigd.

Met één pennetrek veranderde een arbeiderswijk in een luxueuze burgerwijk. Vooral de architectuur langs de Vlaanderenstraat moest met zijn nieuwe en ruime winkelhuizen, hotels, ontspanningslokalen en burgerwoningen bij het publiek opzien baren.Het was niet langer nodig te pendelen naar Parijs of Brussel om luxueuze goederen te kopen. Ook de horecasector onderging grondige veranderingen: niet langer donkere kroegen, maar hotels en koffiehuizen. De Valentino op deKuiperskaai als voorbeeld van een ontspanningslokaal. Twintig jaar later zal burgemeester Emile Braun het huidige beeld van het stadscentrum slopen (o.a. de huizen rondom historische gebouwen zoals het Gravensteen en de Sint-Niklaaskerk), restaureren en bouwen verder bepalen.Daar tegenover stond de verdwijning van 950 arbeidershuizen en 3.000 werklui die de Nederscheldewijk moesten verlaten. Een gevolg van de onteigeningswet van 1867 die de ontheemden geen bescherming bood tegen willekeur. Ook de S.A. Immobilière Gantoise heeft daar, behalve beloften, niets tegenover gesteld.

Vlaanderenstraat2

De architektuur in de Vlaanderenstraat is een eclectische architektuur. Degevels zijn 6 à 8 meter breed, de meeste woningen zijn meer dan 12 meter hoog. Sommige van die eclectische gevels hebben een neoklassieke inslag, andere refereren naar neo-renaissance of neo-barok. In de half ondergrondsekelder bevindt zich doorgaans de keuken. Op het gelijkvloers zijn overwegend 2 vertrekken: een winkelruimte, en een extra winkelruimte, magazijn of salon. De bel-étage wordt veelal benadrukt door een doorlopende balustrade die rust op zware consoles. De gevels worden meestal afgesloten met een eenvoudige fries en een zware kroonlijst. Het dak is doorgaans een mansardedak met dakkapellen.

De straat heeft geen openbare gebouwen. Slechts één pand van de straat is beschermd. De architekten die actief waren in de Vlaanderenstraat waren A. Ledoux,Morial en Terzweil, Jules de Raeve, Frédéricq Minne, Jean Haché, Jean DeBosscher, J. Deleu-Laureys, Ferdinand Mommens, Jules Van Crombrugghe,Ernest Leclerc, E. Van Hoecke-Peeters, Wijnand Janssens, Pierre Geleyn, Georges De Graeve en Achille Marchand.

gentvlaanderenstraatjohanverplancken

In 1898 kreeg de Vlaanderenstraat haar eerste tramlijn. In 1928 kondigde de NMBS de sluiting aan van het Zuidstation. Rond het station had zich echter een bloeiende uitgaans- en handelsbuurt ontwikkeld en de sluiting zou zware gevolgen hebben voor de wijk. Men dacht aan de bouw van een Zuidpaleis met een feestzaal en een handelsbeurs, maar na talloze uitstellen is het er nooit van gekomen. De Vlaanderenstraat verloor haar aantrekkingskracht en haar grandeur en in de loop der jaren was de degradatie van het Zuidkwartier een feit. In 1970 was de Vlaanderenstraat niet veel meer dan een afrit van de autostrade. Negentiende-eeuwse architektuur werd niet geapprecieerd. De leegstand en leegloop van de bestaande handelspanden groeide zienderogen.

gentvlaanderenstraatoudrogerwautersfb

Een grondige herwaardering van de Vlaanderenstraat, gestimuleerd door de heraanleg van het Woodrow Wilsonplein (1995), de aanleg van een parkeergarage en het Mobiliteitsplan (1997) dat van het Zuid een nieuwe toegangspoort tot het centrum wilde maken, begon in 1997 met de heraanleg van de straat. De straat werd autoluw gemaakt, de verlichting werd aangepast, winkels en restaurants kwamen opnieuw tot leven, de leegstand verdween. DeVlaanderenstraat werd opnieuw een belangrijke verbinding tussen het Zuid en het historisch centrum.

Weetje: In de Vlaanderenstraat, nabij het Lieven Bauwensplein, werd Suzanne Lilar(Gent 1901- Brussel 1992), auteur van Une Enfance gantoise,1976, geboren.

Capture d’écran (2236)

31 december 2008 betekende het einde voor Café “Den Yzer” in de Vlaanderenstraat, dat velen met spijt hebben zien verdwijnen. Men zou het kunnen bestempelen als één van die Gentse “ankermonumentjes”, het dateerde immers van 1888. Het kreeg die naam na de Eerste Wereldoorlog omdat dit het lokaal werd van oudstrijders die er hun herinneringen kwamen ophalen en uitwisselen. Het was vele jaren het lokaal van voetbalclub “Racing Gent” en van de “Cercle Royal des Echecs”. Ook kaart- en biljartspelers hadden er hun vaste stek. Weer een stukje oud Gent dat verdwenen is.

Renovatieprojecten en stadsverfraaiing met o.a. een winkelcentrum aan de Zuid hebben deze omgeving getransformeerd tot een place to be met trendy, stijlvolle modezaken gericht op exclusiviteit in een verzorgde buurt.

———-

Bron:

Ghendtsche Tydinghen 2014 – Vol43 N°2

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.